Jonge lezers die na het Dagboek van Nurdius Maximus nog niet genoeg hebben van de klassieke oudheid, kunnen nu ook terecht bij de serie ‘Harry’s tijdreizen’ van Thiago de Moraes. Na het eerste deel ‘Een mummie heeft mijn huiswerk opgegeten’ dat zich afspeelde in het oude Egypte maakt de Britse Harry opnieuw een tijdreis, een die hem naar het keizerlijke Rome brengt. En dat alles dankzij het oplossen van een ingewikkelde wiskundeformule.
Harry, die zijn jongere zusje bloedirritant vindt, ontdekt snel dat het Romeinse gezinsleven nog veel grotere uitdagingen met zich meebrengt. In het gezin dat hem onderdak verleent hebben alle gezinsleden dezelfde onbedwingbare ambitie: keizer worden, en om deze droom te verwezenlijken wordt de ene na de andere moordaanslag gesmeed. De onschuldige Harry probeert deze ongelukken te verijdelen, maar belandt daarmee steeds in de valstrikken die voor anderen zijn uitgezet.
De verwikkelingen waarin Harry betrokken raakt hebben een hoog slapstick-gehalte en Harry’s droge humor zal de gemiddelde jonge lezer tot vermaak strekken. Zo komt Harry muren tegen ‘met afbeeldingen van mensen die idiote dingen deden, zoals in reuzenschelpen staan of in hun nakie spelletjes doen’. En als Harry’s Romeinse leeftijdsgenoten zijn kledingkeuze barbaars vinden, denkt hij ‘Ja hoor, en dat uit de mond van iemand die eruitzag als een lopend dekbed’.
De formule van een tijdreis is al lang niet origineel meer, maar Harry’s onbevangen en droogkomische commentaar maakt van ‘Een gladiator heeft mijn lunchbox gestolen’ toch plezierige lectuur. Dit komt ook door de afwisseling van tekst en graphic novel, wat het geheel een levendig karakter geeft. En gaandeweg krijgen we een kleurrijk beeld van het leven in de keizerlijke hoofdstad ten tijde van niemand minder dan Hadrianus.
De humor in het vrolijke boekje bereikt een hoogtepunt wanneer Harry’s pogingen zijn Romeinse vrienden te redden uiteindelijk leidt tot het volledig ontsporen van een triomftocht voor de keizer, die woedend uitvaart tegen de brokkenpiloten. ‘Ik heb een grote woordenschat’, merkt Harry nuchter op, ‘maar die van Hadrianus was pas echt indrukwekkend’.
Uiteraard zal anti-held Harry – waarin we ons allemaal herkennen mogen – toch tot grote dingen in staat blijken. Want ondanks onszelf hebben goede bedoelingen uiteindelijk toch de uitkomst die zij verdienen. En dat is een troostrijke boodschap voor jong én oud.