Er is geen Griekse held te vinden die zoveel navolging heeft gekregen als Herakles. Dit geldt ook voor de populaire cultuur, waaronder de strip. Het is bijvoorbeeld veelzeggend dat Herakles zowel voortleeft in het universum van stripgigant Marvel (The Incredible Hercules) als in dat van concurrent DC. Herakles is van alle tijden en van iedereen. Dus ook van Walt Disney.
De Disney-filmversie van Herakles (Hercules, uit 1997) staat op gepaste afstand van de oorspronkelijke mythe. Hercules is deze keer een zoon van Zeus en Hera (en niet van Zeus met Alkmene). In plaats van een boze Hera die het leven van de jonge held keer op keer bedreigt is het onderwereldgod Hades, die plannen beraamt om de heerschappij van zijn broer Zeus over te nemen. Uit een profetie van de Fates (die het midden houden tussen de schikgodinnen en de Graeae die we kennen van Perseus) concludeert Hades terecht, dat alleen Hercules hem hiervan kan weerhouden. Daarmee is de jacht op de jonge held geopend.
Wat ontstaat is een tot mislukken gedoemde onderneming van schurk Hades, met zijn twee hulpjes Paniek en Pijn. Het bezeten optreden van de god, die zijn pogingen Hercules een halt toe te roepen telkens ziet stranden en zijn groeiende boosheid botviert op zijn beide onhandige dienaren, doet meer dan eens denken aan de Baron uit Bassie en Adriaan. Drommels, drommels, en nog eens drommels! Je hebt als kijker niet lang nodig om te weten dat de schurk aan het eind van het verhaal met lege handen zal staan.
Hoe zit het dan verder met de mythologische referenties? Een belangrijke rol is weggelegd voor Philoctetes. In de mythologie is hij een goede vriend van Herakles en mede-opvarende van de Argo. In de film is hij een satyr geworden die helden opleidt, een beetje zoals de centaur Cheiron met Achilles deed. Dat de mentor- of leermeestersrol (vast ingrediënt van een heldenreis) naar een satyr gaat, kan als een ironische twist beschouwd worden: satyrs gelden als primitieve, hun libido najagende wezens, niet als wijze leraren.
En Hercules zelf? In een groot deel van de film is hij nog een onzekere adolescent, onzeker over zijn afkomst, onzeker over zijn talent, onzeker over de liefde en onzeker over zijn levensbestemming. Hij moet leren vertrouwen en dan blijkt (natuurlijk) dat hij grote dingen kan doen, dat het de moeite waard is om groot te dromen (‘There’s nothing you can’t do, kid’). In vogelvlucht passeren dan de beroemde werken de revue, waarvan de strijd met de hydra het breedst wordt uitgemeten. Onder de verslagen monsters vinden we trouwens ook Medusa en de Minotauros, overwinningen die – volgens de mythologie – Perseus respectievelijk Theseus toekomen. Maar daar doet deze Disney-versie niet moeilijk over.
Tenslotte zijn er de Titanen, chaotische krachten, die de wereldorde serieus bedreigen, onder leiding van Hades, maar die natuurlijk net op tijd van de Olympische berg worden geweerd door een ontketende Hercules. De romantische held zal, in the end, een aards leven aan de zijde van Megara verkiezen boven een godenbestaan op de Olympos…. Zo blijft Hercules heerlijk één van ons en kunnen we blijven dromen van onze eigen heldenstatus. “A true hero is not measured by the size of his strength, but by the strength of his heart.“