De stripreeks Murena – van de hand van twee Belgen: Jean Dufeaux verzorgt de tekst, Philippe Delaby (gest. 2014) de tekeningen – brengt de Romeinse oudheid op een waanzinnige manier tot leven. We zitten in het Rome van keizer Nero: de machtswellust, de wreedheid, de losbandigheid, het wordt allemaal even schitterend in beeld gebracht in tekeningen waar het vakmanschap van afdruipt. De figuren zelf zijn adembenemend neergezet: Nero, Agrippina, Seneca, Poppaea, ze overtuigen werkelijk allemaal, in een stripreeks die zijn weerga niet kent.
Het vierde deel van de reeks, ‘Voor hen die gaan sterven’, kent meteen een overgetelijke, poëtische opening: ‘De godheid kijkt uit over Rome, de stad gebouwd op zeven heuvels. De heerszuchtige stad van purper en goud, met haar adelaars hoog in de lucht, is heer en meester over de wereld. De god, gebeiteld uit steen, blijft koud onder deze macht. Het aanzien van Rome, dat is het geluid van marcherende soldaten op de stoffige grond, maar het is ook het doodsgereutel van de gefolterden aan het kruis. Er zullen nooit genoeg soldaten zijn, er zullen nooit genoeg gefolterden zijn. Rome is een afgrond waarin al het aardse verdwijnt.’
Even later zien we een vorstelijke Agrippina die haar lichamelijke schoonheid en verleidingskunst gebruikt in een ultieme poging om controle over haar zoon Nero te houden. ‘Haar lichaam?’, horen we de intelligente Nero tegen zijn minnares Acte zeggen, ‘Haar lichaam is niet meer dan een idee. En ze stelt al haar ideeën in dienst van haar ambitie’. ‘En wat is die ambitie?’ ‘Regeren in mijn plaats’.
Eén van de absoluut magische eigenschappen van deze strip is de manier waarop met stilte wordt gewerkt. Als lezer vangen we de lege, ontzielde blik van een gekruisigde, en meteen daarna die van hoofdpersonage Murena die naar de gekruisigde opkijkt. We zien, even later, de slaaf Draxius naakt in de stromende regen staan, wachtend op zijn gladiatorengevecht. Of we kijken met Nero over de zee naar de horizon, als de moord op zijn moeder te gebeuren staat. In al deze gevallen heerst het geluid van de stilte en krijgt de strip een sterk filmisch karakter.
Het hoofdpersonage van de strip is Lucius Murena, één der intimi van Nero. Hij is door Nero van het hof weggestuurd, maar wordt later in genade aangenomen. In de strip is het Agrippina die Poppaea op Nero afstuurt (‘je bent het perfecte werktuig voor mijn wraak’). Ook de rol van Poppaea, die volgens Tacitus alle menselijke eigenschappen bezat behalve goedheid, wordt ijzersterk neergezet. Met zoveel femmes fatales om zich heen kan het met deze jonge heerser niet goed aflopen. Maar omgekeerd met deze vrouwen natuurlijk ook niet….